september 2023. Er is in Nederland veel informatie over het voorkomen van dagvlinders, voor een deel is dit in de vorm van gestandaardiseerde routes. Meestal worden deze gebruikt om de trend van de individuele soorten te bepalen. Sinds de ontdekking dat insecten in Duitse natuurgebieden sterk achteruit zijn gegaan, met 75% sinds 1987 (Hallmann et al., 2017) is er ook meer aandacht voor het totale aantal en de biomassa van insecten, ongeacht de soort. In 2017 bleek dat in de provincie Zuid-Holland het aantal dagvlinders met 63% was afgenomen tussen 1991 en 2016.
Een update tot en met 2022 is nu uitgevoerd.
In deze analyse zien we op hoofdlijnen dezelfde patronen als in de analyse van 2017: er was een sterke afname van het aantal dagvlinders in Zuid-Holland sinds 1990. Op dit moment zijn er nog 27% van het aantal vlinders die er 33 jaar geleden waren.
Deze afname is niet gelijk over de provincie verdeeld. In de duinen is er geen significante afname en in de bebouwde kom is die iets minder sterk (-59%) maar in de grote gebieden daarbuiten komen we tot een afname van 90% sinds 1990. Opvallend is wel dat er een recente stijging in het aantal dagvlinders in de bebouwde kom te zien is. Dit is statistisch nog niet helemaal hard maar wel hoopgevend. Het is zeer goed mogelijk dat dit het resultaat is van ander beheer in de bebouwde omgeving waarbij meer aandacht is voor flora en fauna. Door aanpassing van het maaibeheer en stimuleren van bloemrijke bermen kunnen dagvlindersoorten geholpen worden en in aantal toenemen.
De aantallen schaarse vlinders nemen ook af, in eerste instantie deden ze het beter dan de algemene dagvlinders maar de laatste tien jaar laten ze juist een
negatievere trend zien. Dit wijst erop dat de oorzaak niet uitsluitend gezocht moet worden in de gewone bermen, parkjes en graslandjes maar er ook een afname is in de meer bijzondere leefgebieden.
Lees het hele rapport:
